Schrijven en overleven
Al heel snel nadat Christophe werd opgenomen in het ziekenhuis met een hersenvliesontsteking, begon ik met schrijven. Het gaf me houvast. Ik had geen idee hoe het met mijn kind zou aflopen, maar dat het ernstig was werd al snel duidelijk. Ik ging schrijven om vat te krijgen op wat er allemaal gebeurde. De Duitse regisseur en auteur Doris Dörrie verwoordt dat mooi: ‘Schreibend halte ich mich am Leben und überlebe. Jeden Tag wieder. […] Ich schreibe, um einen Sinn zu finden, obwohl es am Ende wahrscheinlich keinen gibt.’ (Doris Dörrie, Leben, schreiben, atmen)
Zolang ik me kan herinneren kan ik mijn emoties beter op papier zetten dan erover praten. In de vrij korte periode dat Christophe ziek was schreef ik korte notities in een schrift, in mijn telefoon en gebruikte ik ook tekstberichtjes aan vrienden, familie en collega’s om te verwoorden wat er gebeurde. Tot bellen was ik nauwelijks in staat, dan zou ik alleen maar moeten huilen. Wat viel er bovendien te zeggen? We konden weinig anders doen dan afwachten of en hoe hij hier uit zou komen. Het onvoorstelbare gebeurde: binnen twee weken nadat Christophe ziek was geworden, overleed hij op 6 november 2019.
De dag erna begon ik samen met Alex een inzamelingsactie voor het kinderhersencentrum van het Sophia Kinderziekenhuis. Daarmee dwongen we onszelf onmiddellijk na twee traumatische weken het hele verhaal op papier te zetten, al zagen we dat op dat moment niet zo. We bevonden ons in een vreemd soort cocon van gierende adrenaline, verdriet, ongeloof en verbijstering. De actie hield ons op de been. In die week schreven we allebei ook een brief aan Christophe die we tijdens zijn afscheid wilden voorlezen. Dat gaf woorden aan ons verdriet. In de leegte die er na de begrafenis volgde zorgde het schrijven ervoor dat ik niet doordraaide.

Rouw zet je leven stil. Alles om je heen gaat verder terwijl jouw wereld beheerst wordt door verdriet. Ik kon vaak niet slapen en als ik dan een stukje schreef begreep ik soms beter wat voor gedachten er allemaal door mijn hoofd spookten. Vaak werd ik dan weer voor een moment rustig of kon daarna weer even slapen. Te lang niet schrijven maakt me onrustig. Schrijfprojecten zijn op dit moment voor mij een manier om alsnog met Christophe bezig te zijn en om betekenis te geven aan de heftige ervaring.
Op een gegeven moment begon ik meer specifieker herinneringen op te schrijven, om niet te vergeten wat er precies gebeurd was. Sommige herinneringen waren zo erg dat ik het in eerste instantie niet aandurfde om erover te schrijven. Dan moest ik mezelf dwingen het toch te doen, om zo de emoties midden in het gezicht te zien en gebeurtenissen opnieuw te ondergaan. Dat ging vaak met veel tranen gepaard, maar daarna voelde ik me vaak een stukje lichter.
Gek genoeg merkte ik ook dat het schrijven me creatief maakte. Kon dat? Door de dood van mijn kind creatief worden? Zelfs soms vreugde beleven aan het schrijven? Daar voelde ik me in eerste instantie schuldig over, maar tegelijk vervulde het me ook met trots dat ik op die manier iets leerde van Christophe, hoe kort hij ook in mijn leven was. Dat is toch immers ook wat kinderen vaak doen, je iets leren over jezelf? Schrijven bleek voor mij niet alleen een copingstrategie om met dit verdriet om te gaan, maar ook een vorm van emotionele en misschien wel spirituele ontwikkeling die ik niet had verwacht.
Christophe inspireert mij en zorgt ervoor dat ik het schrijven en het plezier daarin teruggevonden heb. Na het schrijven van mijn proefschrift schreef ik een tijd niks. Door de dood van Christophe kwamen er allerlei nieuwe ideeën naar boven. Ik realiseerde me des te meer hoeveel vrijheid ik heb als ik los van academische conventies ‘mag’ schrijven. Ik ben dan ook begonnen mij te oefenen in verschillende manieren en vormen van schrijven. Ik doe schrijfoefeningen, verdiep me in dialogen en heb samen met een co-auteur de tekst voor een kinderboek geschreven. Dat boek gaat over een kindje dat ziek is en op een lange reis moet gaan zonder zijn ouders. Tijdens de reis ontmoet hij dieren die hem van alles leren om de reis goed te kunnen maken. Het is de bedoeling dat dit boek enige troost biedt aan ouders en kinderen met een ziek kindje/broertje/zusje. Daarnaast werk ik aan een ‘grief memoir’ over wat er met Christophe gebeurd is. Zo heb ik het gevoel dat Christophe niet helemaal weg is en nog steeds mijn leven verrijkt.